De Ambtshalve Toetsing
16-12-2020 Door Dagvaarding

De Ambtshalve Toetsing

Een uitleg over de ambsthalve toetsing met voorbeelden

Ambtshalve toetsing betekent dat de rechter de uitgebrachte dagvaarding, waarbij de eisende partij een professionele partij is en de gedaagde partij een consument is (particulier), controleert op onredelijke bedingen of bedongen boetes en of de vordering goed onderbouwd is met bewijzen, ook al heeft de gedaagde partij geen verweer gevoerd tegen de vordering.

Eenvoudiger gezegd, grote bedrijven die bijvoorbeeld abonnementen verkopen aan consumenten, denk aan internetabonnementen, (mobiele) telefoonabonnementen, Netflix abonnementen en bijvoorbeeld een sportschool abonnement, krijgen van de rechtbank niet meer automatisch een verstekvonnis toegewezen, waarbij de gedaagde partij vanzelfsprekend wordt veroordeeld om hoge kosten te betalen.

De rechters controleren ambtshalve voortaan de uitgebrachte dagvaarding minutieus aan de hand van een checklist* en toetsen deze dus ambtshalve op onredelijke voorwaarden. De rechters doen dit om de consument te beschermen en proberen er zodoende voor te zorgen dat consumenten niet onredelijk worden benadeeld door grote bedrijven.

* Check hier de checklist van de rechtbank waarop uw vordering ambtshalve wordt getoetst. 

Praktijkvoorbeeld Ambtshalve Toetsing

Een sportschool of fitnessclub die een jaarabonnement sluit met een consument (ieder natuurlijk persoon die 18 jaar of ouder is) en deze consument betaalt na drie maanden zijn lidmaatschap niet meer.

  1. Dan mag de sportschool wél de toegang van dit niet betalende lid weigeren, maar niet aan de rechter vragen om veroordeling van het restant van het gehele jaarabonnement.
  2. De sportschool mag uitsluitend nog maar de niet betaalde maanden vragen tot de dag dat de sportpas is geblokkeerd en de toegang tot de sportschool is ontzegd. Dit moet ook schriftelijk zijn medegedeeld aan het niet betalende lid.
  3. De rechtbank acht het onredelijk dat de consument voor het gehele jaar zijn sportschoolabonnement moet betalen en er na drie maanden geen gebruik meer van kan maken (omdat er niet meer werd betaald en daardoor de toegangspas is geblokkeerd).
  4. De sportschool mag in dit geval dus alleen de maanden vorderen die niet zijn betaald, tot dat de toegangspas werd geblokkeerd. Dit zal in de praktijk meestal na twee maanden zijn omdat eerst een herinnering en aanmaningsbrief zal worden gestuurd.
  5. Daarna volgt dan een ingebrekestellingsbrief met een deadline. In de ingebrekestellingsbrief staat dan dat er vóór datum X moet zijn betaald en dat anders de toegang tot de sportschool wordt geweigerd.
  6. De eerste drie maanden heeft de consument in dit voorbeeld dus keurig zijn lidmaatschap op tijd betaald. Na deze drie maanden betaalt de consument niets meer en reageert hij ook niet op de aanmaningsbrieven die de sportschool heeft gestuurd. Daarop wordt na 60 dagen niet betalen de toegang tot de sportschool geweigerd en de toegangspas geblokkeerd.
  7. Omdat in de praktijk de toegangspas wordt geblokkeerd om te voorkomen dat mensen wel sporten, maar niet betalen, mogen zodoende alleen die maanden worden gevorderd, waar de consument ook gebruik van heeft kunnen maken.

Vanzelfsprekend geldt dit voorbeeld ook voor alle andere abonnementen, zoals (mobiele) telefoon abonnementen en internetabonnementen. In feite wordt door de rechter in alle overeenkomsten waarbij de gedaagde partij consument is getoetst of er geen sprake is van oneerlijke bedingen en bepalingen die in strijd zijn met richtlijnen die de consument beschermen.

Formulier/ Checklist Ambtshalve toetsing

De rechtspraak heeft een informatieformulier opgesteld voor zaken waarin de gedaagde partij een natuurlijk persoon is. Het is niet verplicht om dit formulier te gebruiken, maar het is wel verstandig om de vragen die in het formulier staan opgenomen te verwerken in de dagvaarding. Anders is de kans groot dat de vordering die is beschreven in de dagvaarding door de ambtshalve toetsing wordt afgewezen.

Sinds 1 december 2019 wordt er door kantonrechters streng gecontroleerd op de grondslag van uw vordering wanneer de gedaagde partij een natuurlijk persoon is (een consument). Een natuurlijk persoon is bijvoorbeeld mevrouw Jansen. Wordt mevrouw Jansen gedagvaard (opgeroepen om te verschijnen in een gerechtelijke procedure bij de kantonrechter) dan dienen vanaf 1 januari 2021 de vragen die staan opgenomen in het informatieformulier voor zaken waarin de gedaagde een natuurlijk persoon is verwerkt te worden in de dagvaarding.

Dit geldt  niet wanneer mevrouw Jansen zzp-er is en bijvoorbeeld een (online) Cupcake-(web)shop heeft. De ambtshalve toetsing vindt dan niet plaats door de rechter. De rechter zal nu niet ambtshalve toetsen of de gestelde vragen van het Informatieformulier voor zaken waarin de gedaagde een natuurlijk persoon is worden beantwoordt in de dagvaarding.

Wanneer de leverancier van bijvoorbeeld het Cupcakebeslag zijn nota niet betaald heeft gekregen en daarvoor een gerechtelijke procedure wil opstarten bij de Kantonrechter zal dus bij het schrijven van de dagvaarding geen rekening hoeven te houden dat de rechter de inhoud van zijn dagvaarding ambtshalve zal toetsen op de punten die zijn opgenomen in het informatieformulier voor zaken waarbij de gedaagde partij een natuurlijk persoon is. Het betreft hier immers een zakelijke vordering (business to business)

Eisen van de rechtbank inzake Ambtshalve Toetsing

Nu rechters verplicht dagvaardingen ambtshalve moeten toetsen om een vonnis te kunnen wijzen, is het handig en verstandig om de eisen van de ambtshalve toetsing te verwerken en te beschrijven in de dagvaarding.

Veelal ontbraken er documenten (producties) ter ondersteuning van het bewijs voor de stellingen en argumenten die in de dagvaarding werden beschreven. Daarnaast werd in veel dagvaardingen de vordering niet goed uitgewerkt en was het onduidelijk wat het bedrag aan hoofdsom, rente en eventuele incassokosten bedroeg.

Daarnaast dwingt de ambtshalve toetsing ook om alle benodigde en relevante stukken toe te voegen. Zonder de benodigde aanvullende documenten waarin wordt gevraagd bij het informatieformulier voor zaken waarin de gedaagde een natuurlijk persoon is, weet de eisende partij dat het risico groot is dat de vordering (gedeeltelijk) wordt afgewezen.

Zo zal de rechter ambtshalve toetsen of u in de dagvaarding heeft aangegeven dat u:

  • Een schriftelijke overeenkomst heeft opgesteld die ondertekend is door de schuldeiser en de gedaagde partij;
  • Als de vordering een aankoop betreft, waar deze koop/verkoop dan heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld via een online bestelling, in een winkel, of bij de verkoper thuis;
  • Algemene verkoop voorwaarden hanteert. Als dit het geval is, dient u aan te tonen dat uw algemene voorwaarden niet onredelijk bezwarend zijn voor de gedaagde partij;
  • De gedaagde partij in gebreke heeft gesteld en wanneer de zgn. 14 dagen brief is verstuurd en door de schuldenaar is ontvangen. Waarbij rekening moet worden gehouden dat de schuldenaar één dag na ontvangst van de 14 dagen brief nog tenminste 14 dagen had om zonder verdere kosten te betalen.

De rechter zal daarnaast ambtshalve toetsen of u heeft voldaan aan de vereisten die in de Wet staan vermeld over “Overeenkomsten in het algemeen” tussen handelaren en consumenten. Deze vereisten staan in artikel 230M van boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.

Daarin staat te lezen dat:

Voordat de consument gebonden is aan een overeenkomst op afstand of een overeenkomst buiten de verkoopruimte, dan wel aan een daartoe strekkend aanbod, verstrekt de handelaar de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende informatie:

  1. de voornaamste kenmerken van de zaken of de diensten, in de mate waarin dit gezien de gebruikte drager en de zaken of diensten passend is;
  2. de identiteit van de handelaar, zoals zijn handelsnaam;
  3. het geografisch adres waar de handelaar gevestigd is en het telefoonnummer, fax en e-mailadres van de handelaar, indien beschikbaar, alsmede, indien van toepassing, het geografische adres en de identiteit van de handelaar voor wiens rekening hij optreedt;
  4. wanneer dat verschilt van het overeenkomstig onderdeel c verstrekte adres, het geografische adres van de bedrijfsvestiging van de handelaar, en indien van toepassing dat van de handelaar voor wiens rekening hij optreedt, waaraan de consument eventuele klachten kan richten;
  5. de totale prijs van de zaken of diensten, met inbegrip van alle belastingen, of, als door de aard van de zaak of de dienst de prijs redelijkerwijs niet vooraf kan worden berekend, de manier waarop de prijs moet worden berekend, en, in voorkomend geval, alle extra vracht-, leverings- of portokosten en eventuele andere kosten of, indien deze kosten redelijkerwijs niet vooraf kunnen worden berekend, het feit dat er eventueel dergelijke extra kosten verschuldigd kunnen zijn. In het geval van een overeenkomst voor onbepaalde duur of een overeenkomst die een abonnement inhoudt, omvat de totale prijs de totale kosten per factureringsperiode. Indien voor een dergelijke overeenkomst een vast tarief van toepassing is, omvat de totale prijs ook de totale maandelijkse kosten. Indien de totale kosten niet redelijkerwijze vooraf kunnen worden berekend, wordt de manier waarop de prijs moet worden berekend, medegedeeld;
  6. de kosten voor het gebruik van middelen voor communicatie op afstand voor het sluiten van de overeenkomst wanneer deze kosten op een andere grondslag dan het basistarief worden berekend;
  7. de wijze van betaling, levering, uitvoering, de termijn waarbinnen de handelaar zich verbindt de zaak te leveren of de diensten te verlenen en, voor zover van toepassing, het klachtafhandelingsbeleid van de handelaar;
  8. wanneer een recht van ontbinding van de overeenkomst bestaat, de voorwaarden, de termijn en de modaliteiten voor de uitoefening van dat recht overeenkomstig artikel 230o, alsmede het modelformulier voor ontbinding opgenomen in bijlage I, deel B, van de richtlijn;
  9. voor zover van toepassing, het feit dat de consument de kosten van het terugzenden van de zaken zal moeten dragen in geval van uitoefening van het recht van ontbinding en, voor een overeenkomst op afstand, indien de zaken door hun aard niet per gewone post kunnen worden teruggezonden, de kosten van het terugzenden van de zaken;
  10. ingeval de consument zijn recht van ontbinding uitoefent nadat hij een verzoek overeenkomstig artikel 230t lid 3 of artikel 230v lid 8 heeft gedaan, dat de consument de handelaar diens redelijke kosten vergoedt overeenkomstig 230s lid 4;
  11. indien er niet voorzien is in het recht van ontbinding van de overeenkomst, de informatie dat de consument geen recht van ontbinding heeft of, voor zover van toepassing, de omstandigheden waarin de consument afstand doet van zijn recht van ontbinding;
  12. een herinnering aan het bestaan van de wettelijke waarborg dat de afgeleverde zaak aan de overeenkomst moet beantwoorden;
  13. voor zover van toepassing, het bestaan en de voorwaarden van bijstand aan de consument na verkoop, van diensten na verkoop en van commerciële garanties;
  14. voor zover van toepassing, het bestaan van relevante gedragscodes, bedoeld in artikel 193a lid 1, onderdeel i, en hoe een afschrift daarvan kan worden verkregen;
  15. de duur van de overeenkomst, voor zover van toepassing, of, wanneer de overeenkomst voor onbepaalde duur is of stilzwijgend vernieuwd wordt, de voorwaarden voor het opzeggen van de overeenkomst;
  16. voor zover van toepassing, de minimumduur van de uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen voor de consument;
  17. voor zover van toepassing, het bestaan en de voorwaarden van waarborgsommen of andere financiële garanties die de consument op verzoek van de handelaar moet betalen of bieden;
  18. voor zover van toepassing, de functionaliteit van digitale inhoud met inbegrip van toepasselijke technische beveiligingsvoorzieningen;
  19. voor zover van toepassing, de relevante interoperabiliteit van digitale inhoud met hardware en software waarvan de handelaar op de hoogte is of redelijkerwijs kan worden verondersteld op de hoogte te zijn;
  20. voor zover van toepassing, de mogelijkheid van toegang tot buitengerechtelijke klachten- en geschilbeslechtingsprocedures waarbij de handelaar zich heeft aangesloten, en de wijze waarop daar toegang toe is.

Met andere woorden, de rechter gaat ambtshalve toetsen of voldaan is aan deze voorwaarden. Wanneer niet wordt aangetoond in de dagvaarding dat aan deze voorwaarden is voldaan, dan kan de vordering ambtshalve worden afgewezen.

LET OP:

Deze voorwaarden gelden alleen wanneer een bedrijf een vordering op een particulier/consument heeft en met name wanneer de overeenkomst niet in een verkoopruimte maar bijvoorbeeld via een online webshop is gesloten.

De Voordeligste Deurwaarder stimuleert het dat ondernemers zelf hun dagvaarding schrijven en zelf een gerechtelijke procedure opstarten.

Mocht u na aanleiding van deze tekst nog vragen hebben, twijfel dan niet om contact met ons op te nemen. Wij zijn telefonisch bereikbaar, of per e-mail via juridisch@devoordeligstedeurwaarder.nl.

Onze juristen en gerechtsdeurwaarders helpen u graag om uw dagvaarding te schrijven en uw vordering helder op papier te krijgen. Zelf een goede dagvaarding opstellen? Bekijk dan het blanco concept dagvaarding.

Hierdoor bespaart u dure advocaatkosten en kunt u zelf een gerechtelijke procedure opstarten en het recht laten zegevieren.

Gerelateerde artikelen aan ambtshalve toetsing

Meest gestelde vragen

  • Hoe ziet een incassoprocedure eruit?
  • Kan ik jullie inschakelen op basis van no cure no pay?
  • Wanneer kan ik een deurwaarder inschakelen?
  • Wat doet een deurwaarder?
  • Wat is een (on)betwiste vordering?
  • Wat zijn de kosten van een deurwaarder?
  • Welke bevoegdheden heeft een deurwaarder?
Lees meer FAQ's
Wij scoren gemiddeld een 9,6 op basis van 45 recensies